Actualiteit

Geopolitieke ontwikkelingen zetten energiewereld op z’n kop

De Russische inval in de Oekraïne op 24 februari van dit jaar zette de wereld in verschillende opzichten volledig op z’n kop. Een van de gevolgen is een ongekende stijging van de energieprijzen en grote zorgen over de leveringszekerheid. VEMW-directeur Hans Grünfeld heeft er vanaf dag één bij de politiek op aangedrongen om de consequenties daarvan goed in te zien en niet te onderschatten. “We hebben goede gesprekken gevoerd en er wordt zeker naar ons geluisterd.”

Waar we altijd dachten dat de levering van gas ongemoeid zou blijven – zo was dat immers ten tijde van de Koude Oorlog ook het geval – is de situatie nu anders. Voor het eerst in de geschiedenis is de continuïteit van de levering van Russisch gas niet meer vanzelfsprekend. De gaslevering is een politiek instrument geworden en dat heeft de energiemarkt wezenlijk veranderd.

Kolen en Gronings gas

Hans vertelt dat VEMW bij minister Jetten heeft aangedrongen op aanpassing van het energiebeleid, om ons voor te bereiden op een worstcasescenario, waarin de levering van Russisch gas drastisch wordt verminderd of zelfs helemaal stopt. “De regering zet in op twee sporen. Op de eerste plaats zo snel mogelijk onafhankelijk worden van Russisch gas door dit te vervangen voor gas uit andere bronnen. Op de tweede plaats gaat het om energie besparen en verduurzamen.” VEMW heeft begrip voor deze maatregelen, maar ook zorgen over de snelheid waarmee ze te realiseren zijn. Daarom pleiten wij ervoor ook maatregelen achter de hand te houden die op korte termijn een alternatief kunnen zijn voor Russisch gas. Hans noemt de verruiming van het gebruik van kolen. “Wij vinden dat je deze optie niet op voorhand buiten spel moet zetten. Het is immers een aanpassing die je snel en makkelijk kunt doorvoeren.” Ook vindt hij het onverstandig om de sluiting van het Groninger gasveld onomkeerbaar te maken. “In een acute crisis hebben we het Groningse gas misschien echt nodig.”

Noodplan

Een ander onderwerp dat speelt, is het Bescherm- en Herstelplan Gas dat EU-lidstaten verplicht zijn om te maken. In dat plan staan de maatregelen die de overheid treft als er sprake is van een ernstige verstoring van de gasvoorziening. “De regering wil met zestig bedrijven afspraken maken over hoe zij in een uiterste noodsituatie kunnen worden afgeschakeld van het gas”, licht Hans toe. “Wij hebben onmiddellijk contact opgenomen met het ministerie en aangegeven dat zo’n scenario verstrekkende gevolgen heeft. Bedrijven zijn helemaal niet voorbereid op afschakeling en dus is het op de eerste plaats de vraag of dat veilig en zonder risico’s mogelijk is. Bovendien kan het voor onherstelbare schade aan installaties zorgen.
Daarbij moeten we ons ook realiseren welke impact het afschakelen van bedrijven heeft op de maatschappij. De productie van voedingsmiddelen en bijvoorbeeld zuurstof voor ziekenhuizen kan dan in gevaar komen. Maar ook kan er een tekort ontstaan aan stikstof dat weer nodig is om gas geschikt te maken voor huishoudelijk gebruik.” VEMW heeft het kabinet op deze grote en ingrijpende consequenties gewezen en geadviseerd om maximaal gebruik te maken van bedrijven die op vrijwillige basis – tegen een vergoeding – willen stoppen met gasafname. Hans constateert dat die oproep gehoor heeft gevonden. De minister heeft laten weten dat het noodplan alleen in uiterste nood in werking mag treden en dat er nog goed gekeken wordt naar de effecten.

Taskforce

Vanaf 1 november dit jaar moeten gasopslagen in de landen van de Europese Unie voor minstens 80 procent gevuld zijn. Het kabinet heeft maatregelen genomen om dit te realiseren. VEMW ondersteunt dat, maar wil graag betrokken worden bij het verder invullen van die maatregelen. Hans zegt daarover: “Wij willen meedenken over hoe je dit realiseert, zonder dat de markt ernstig verstoord raakt en zonder onnodig hoge kosten voor gasverbruikers. We hebben dit bij het ministerie aangekaart en zijn uitgenodigd om zitting te nemen in de Taskforce Leveringszekerheid.”

Vragen?

VEMW heeft de afgelopen periode verschillende bijeenkomsten georganiseerd om leden te informeren over de energiecrisis. Op woensdag 29 juni vindt er opnieuw een online informatiebijeenkomst plaats over de eerste fase van het Bescherm- en Herstelplan. Leden kunnen zich hiervoor opgeven bij Thessa de Ridder door haar een mail te sturen tr@vemw.nl.

Melissa Vanderkooy van Owens-Illinois Inc. (O-I), fabrikant van glazen flessen:

“Bedrijven worden geconfronteerd met een uitdagende gassituatie, hoewel een fysiek gastekort op dit moment niet op handen lijkt. De energieprijzen zijn ongekend gestegen en leiden daarmee tot inflatiecijfers die zowel consumenten als bedrijven raken. Energie-intensieve industrieën worden naar verhouding meer uitgedaagd, maar tot nu toe, en dankzij een grondige planning, hebben we onze activiteiten zonder onderbrekingen kunnen voortzetten.

Als onderdeel van onze noodplanning onderzoeken we alternatieven voor aardgas, zoals stookolie. In de afgelopen jaren hebben we onze energie-efficiëntie en daarmee koolstofvoetafdruk voortdurend geoptimaliseerd en we hebben deze inspanningen nu opnieuw verdubbeld. Een sterke focus op verbruik en efficiëntie is van het grootste belang om onze activiteiten zonder onderbrekingen voort te zetten. We verwachten dat elektrificatie en koolstofarme waterstof in de toekomst een grotere rol zullen spelen, maar dit vereist nog steeds vooruitgang op het gebied van technologie, beschikbaarheid, infrastructuur en concurrerende prijzen. We waarderen de steun van VEMW bij het transformeren naar een duurzame energievoorziening voor de toekomst, die voor de industrie tevens betrouwbaar en betaalbaar moet zijn.

Terwijl veel industrieën inspelen op onvoorziene omstandigheden en werken aan een transformatie van hun bedrijf, blijft een ononderbroken levering van aardgas cruciaal voor bijvoorbeeld het veiligstellen van essentiële levering van voedsel en dranken: de glasindustrie speelt een sleutelrol bij het leveren van gezonde, veilige en 100% recyclebare verpakkingen.”

Melissa Vanderkooy

Guido Janssen, Vice President European Operations bij Nyrstar:

“Het zink dat we bij Nyrstar produceren, wordt verkocht op de wereldmarkt en tegen een prijs die op die wereldmarkt bepaald wordt. Wij kunnen dus niet lokaal de prijs aanpassen omdat wij nu in Europa met hogere energiekosten te maken hebben. Wat we wel kunnen doen, is de productie terugschroeven op het moment dat de kosten te hoog worden. En om beter te kunnen omgaan met schommelingen in de energieprijzen werken we eraan om in de toekomst onze productie te flexibiliseren: veel produceren wanneer er veel wind en zon is en minder als er weinig is. Daarvoor is het nodig dat wij een van onze vier afdelingen, de afdeling die de meeste elektriciteit verbruikt, vergroten. Daarnaast moet het elektriciteitsnet worden aangepast en dat is niet van vandaag op morgen gerealiseerd. De Nederlandse overheid zou zich meer moeten inspannen voor versnelde verhoging van de hoogspanningscapaciteit. Met ons lopen nog veel andere bedrijven die verder willen vergroenen, daar nu tegenaan. Wij investeren ook flink in het opwekken van hernieuwbare energie. We hebben al meer dan 50 hectare zonnepanelen op onze site in Budel bijvoorbeeld, we zijn bezig met meerdere zonneprojecten op verschillende sites in Europa en we hebben in België al flink wat windmolens geplaatst.

Diverse zonneprojecten lopen vast op de financiering. We kunnen wel aansluiten op onze fabrieken voor afname, maar niet de financiële zekerheid geven aan banken voor aansluiting op hoogspanning ten gevolge van een tekort aan hoogspanningscapaciteit. Dit heeft tot gevolg dat we geen externe financiering krijgen. De overheid zou een rol kunnen spelen bij dit soort risicodragende financieringen. Verder denk ik dat het goed is dat er subsidie komt voor projecten die gericht zijn op vraagsturing. En tot slot: we moeten in Nederland absoluut concurrerende elektriciteitsprijzen hebben en dus moeten we binnen Europa daarover goede afspraken maken.”

Guido Janssen

Bart Jan Hoevers, Managing Director van Gasunie Transport Services B.V.:

“Ik maak me zorgen dat een scenario van steeds verdere uitval van Russisch gas reëel is. Hierdoor zal de krapte op de Europese gasmarkt aanhouden. Wij hebben geen invloed op een dergelijk scenario en dus rest ons alleen de voorbereiding hierop. Daarom hebben wij verschillende noodscenario’s bijgewerkt op basis van de recente ontwikkelingen. Daarnaast zorgen wij voor aanpassing en optimalisatie van ons gastransportsysteem om LNG als vervanging voor Russisch gas te faciliteren. De hoeveelheid LNG die Nederland direct kan importeren, zal binnen een jaar verdubbelen door uitbreidingen van de Gate Terminal en een nieuwe drijvende terminal in de Eemshaven – en natuurlijk de aansluiting op het GTS-net. Daarvoor werken we nauw samen met de andere gasnetwerkbedrijven in Europa. We zorgen ervoor dat de import vanuit Noorwegen optimaal ingezet kan worden, dat zo veel mogelijk gas van de LNG-terminals in Engeland, België en Noord-Frankrijk naar Nederland kan komen en dat ook Duitsland goed aangesloten is op deze stromen.
Nederland en de Europese Commissie zijn zich goed aan het voorbereiden op een verdergaande gascrisis. Maar wat ik nog mis, is aandacht voor en afspraken over leveringszekerheid en verdeling van schaarste tussen landen in geval van tekorten. Als het over dat thema gaat, spreken overheden vrijwel uitsluitend over solidariteit tussen landen voor beschermde afnemers. Dit is te smal: er moet meer aandacht voor de gaslevering aan de industrie zijn en ook deze verdeling in geval van schaarste moet op tafel komen.”

Bart Jan Hoevers

Gijsbrecht Gunter, woordvoerder van Yara:

“Yara gebruikt bij volle capaciteit 2 miljard kuub aardgas per jaar en daarmee zijn wij de grootste gasverbruiker van Nederland. We gebruiken 80% als grondstof voor kunstmest, AdBlue en andere producten, en 20% als energiedrager. Wij kunnen de hogere prijzen tot nu toe grotendeels doorberekenen, omdat kunstmest nodig is voor voedsel – en de prijs daarvan ook fors hoger -en AdBlue onmisbaar is voor de transportsector. Begin maart schoten de prijzen door naar €345/MWh en die volatiliteit maakt het vooral erg onvoorspelbaar.

Als wij door de hoge gasprijs onvoldoende marge maken, kunnen wij in productie terugschakelen. Zo kunnen we balanceren op de markt. Vorig jaar hadden we een geplande onderhoudsstop: toen stond een van de drie ammoniakfabrieken tijdelijk stil en dat kwam met de gasprijzen van toen goed uit. Overigens is het goed om te weten dat onze fabrieken in Sluiskil de meest efficiënte fabrieken van Yara zijn en ook efficiënter dan veel vergelijkbare fabrieken binnen en buiten Europa.

Wanneer wij in geval van een crisis ons gasverbruik moeten verminderen of geheel stopzetten, heeft dat serieuze consequenties. Als Yara geen kunstmest meer kan produceren, heeft dat niet direct gevolgen voor de wereldwijde voedselproductie, maar wel op langere termijn. Yara is ook een grote en belangrijke producent van AdBlue, dat gebruikt wordt om dieselvoertuigen schoner te laten rijden. Als wij vandaag stoppen met deze productie staat volgende week een derde tot de helft van alle vrachtwagens in Europa stil. En nee, dat is geen bangmakerij; het is gewoon belangrijk dat we ons realiseren dat stoppen met gasverbruik voor veel bedrijven lang niet zo eenvoudig is als het misschien lijkt en grote maatschappelijke effecten kan hebben. We moeten die effecten echt zorgvuldig afwegen.”

Gijsbrecht Gunter

Opzeggen van het lidmaatschap kan alleen per 31 december. Er geldt een opzegtermijn van zes maanden. Zie voor verdere informatie de statuten, artikel 7, lid 4 en onze website.

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

Twitter

Google+

LinkedIn

Contact

Verstuur