Maatschappij

CCS heeft grote potentie in Nederland

Tom Strengers, beleidsadviseur van VEMW en samensteller van het position paper over Carbon Capture and Storage (CCS) dat VEMW onlangs uitbracht, is positief over de potentie van afvang en opslag van CO in Nederland. “In de SDE++ regeling is een cumulatief bedrag van maximaal 2,1 miljard euro over een looptijd van vijftien jaar toegezegd aan zes projecten van vier partijen als onderdeel van het Porthos project. In dit project wordt CO van de industrie in de Rotterdamse haven getransporteerd en opgeslagen in lege gasvelden onder de Noordzee. Doelstelling is om in drie jaar tijd 2,5 megaton CO jaarlijks op te slaan. Dat illustreert hoe concreet en belangrijk CCS nu kan worden.”

Een van de manieren om de klimaatdoelstellingen te realiseren is het afvangen van CO₂ om het vervolgens ondergronds op te slaan (Carbon Capture and Storage (CCS)). Het Klimaatakkoord onderschrijft het belang van CCS in de energietransitie, zegt Strengers. “En ook VEMW doet dat. In ons position paper staan aanbevelingen om het potentieel van CCS, ook in Europees-regionale context, optimaal te benutten.”

‘Met dit position paper wil VEMW bijdragen aan de discussie over CCS’’

Veel discussie losgemaakt

CCS heeft door de jaren heen veel discussie losgemaakt, weet ook Strengers. Voor- en tegenstanders zochten vaak de politieke arena op. Er bestaat nog steeds veel onduidelijkheid over toepassing van CCS op de lange termijn, zegt hij. “Met dit position paper wil VEMW door middel van concrete aanbevelingen bijdragen aan de discussie omtrent CCS. We beschikken over enorm veel kennis op het gebied van gasinfrastructuur. Als we gebruikmaken van de sterk ontwikkelde samenwerkingscultuur, kan dit een goede businesscase voor Nederland opleveren en het investeringsklimaat verbeteren.”

VEMW is van mening, zo blijkt ook uit het position paper, dat CCS een noodzakelijk instrument is voor de energietransitie. Waarom?
“De recente rechtszaak van Milieudefensie tegen Shell geeft aan dat álle opties om emissies te reduceren aangegrepen moeten worden, inclusief CCS. Deze rechtszaak maakt duidelijk, zei VEMW-directeur Hans Grünfeld, dat de noodzaak van CCS nog onherroepelijker wordt. Intensivering van de uitvoering van CCS-projecten vereist de volledige steun van NGO’s en overheid.”

Wat moet de rol van de overheid zijn ten aanzien van CCS?
Strengers: “De overheid kan zorgen, onduidelijkheden en barrières wegnemen. Pas dan kan de potentie van CCS volledig worden benut. Verduidelijking is nodig als het gaat over onder meer financiering, timing, schaalgrootte, en de lange termijnvisie op de infrastructuur. Wel neemt de overheid goede stappen door middel van ondersteuning van onder andere het Porthos project, dit is een van de drie CCS projecten die ontwikkeld worden in Nederland en vernoemd zijn naar de drie musketiers.”

Welke rol speelt de overheid precies in het Porthos project?
“Zij heeft een initiërende rol in de CCS-projecten Porthos, Athos en Aramis. Onder andere de overheidsbedrijven EBN, Gasunie participeren in de infrastructuur. Welke rol deze bedrijven op lange termijn gaan spelen naast deze projecten weten we niet. VEMW pleit voor een duidelijke invulling van die rol en uitbreiding van de infrastructuur. Alleen dan kunnen bedrijven die gebruik willen maken van CCS dit op een doeltreffende en doelmatige manier doen. Ook is het belangrijk om de overige barrières in de organisatie, marktordening en regelgeving weg te nemen.”

‘De overheid moet zorgen, onduidelijkheden en barrières wegnemen’

Nationaal plan

VEMW is voorstander van een nationaal plan voor toepassing van CCS, dat duidelijkheid schept over de termijn, schaal en duur waarop CCS toegepast gaat worden, de industrieën die gebruik mogen maken van CCS en hoe de infrastructuur er uit gaat zien. Strengers: “Ons advies is dat er onderzoek gedaan moet worden naar een nationale infrastructuur voor CO2 die is gekoppeld aan de industriegebieden in het Antwerp-Rotterdam-Rhine-Ruhr-Area-cluster (ARRRA-cluster), zodat de reductiedoelstellingen op de meest doelmatige wijze behaald kunnen worden. Ten aanzien van organisatie en marktordening stellen we onder meer voor dat de overheid een vaste rol inneemt in de opslag- en transportinfrastructuur in de vorm van de overheidsbedrijven Gasunie en Energie Beheer Nederland (EBN).

‘Er zal wet- en regelgeving moeten komen voor een centrale infrastructuur’

Stimuleren

Strengers: “Er zal wet- en regelgeving moeten komen voor de centrale infrastructuur en voor de verantwoordelijkheid op lekkages van CO. Zorg er ook voor dat de infrastructuur op zee gemakkelijker hergebruikt kan worden. Stel daarnaast regelgeving op voor export en import van CO van en naar buiten de EU, zodat internationale marktwerking op CCS plaats kan gaan vinden. Ook zegt VEMW: Stimuleer CCS vanuit het Europese CO2 handelssysteem EU ETS, inclusief transportmodaliteit door naast pijpleidingen schepen en eventueel andere transportmodaliteiten toe te staan. En, tot slot: Stimuleer CCS vanuit de EU ETS door credits uit te geven voor negatieve emissies wanneer Bio-Energy Carbon Capture and Storage (BECCS) wordt toegepast.”

Tom Strengers

‘Ideaal klimaat om CCS tot een succes te maken’
Nederland is een land met een grote potentie voor CCS. Onze strategische ligging biedt mogelijkheden om de opslagvraag uit het zogenaamde ARRRA-cluster (Antwerpen-Rotterdam-Rijn-Ruhr-area) aan te sluiten op het aanbod. Strengers: “Dat kan een sterke businesscase voor Nederland opleveren en de concurrentiepositie en het investeringsklimaat verbeteren. We moeten gebruik maken van de kennis die aanwezig is op het gebied van off- en onshore winning, transport en opslag van gas, en van de sterk ontwikkelde samenwerkingscultuur. Dat kan alleen als aan de randvoorwaarden, beschikbaarheid van infrastructuur, correcte organisatie en marktordening, timing en draagvlak wordt voldaan.”

‘Risico’s minimaliseren’
Er zijn ook risico’s aan CCS verbonden, maar die kunnen door middel van beleid en regelgeving geminimaliseerd worden, zegt Strengers. “Die risico’s zijn voornamelijk van beleidsmatige en fysieke aard. Beleidsmatig, omdat CCS een end-of-pipe oplossing wordt genoemd, die niet het probleem van klimaatverandering bij de bron aanpakt, het verminderen van CO2 productie, maar aan symptoompreventie doet. Waardoor de CO2-productie hoog blijft en investeringen in duurzame oplossingen kan vertragen. VEMW meent dat dit lange termijnspeculatie is en dat CCS op korte termijn de enige manier is om grootschalige CO2-emissiereductie te realiseren. Ook het IPCC geeft aan dat zonder CCS-klimaatdoelstellingen niet kunnen worden gehaald.
Fysiek, omdat CCS zou kunnen leiden tot lekkage van CO2. De lekkages kunnen plaatsvinden in pijpleidingen of vanuit de gasopslag onder de grond. VEMW stelt dat door de jarenlange ervaring met gastransport de risico’s bij transport erg klein zijn. Uit onderzoeken blijkt dat ook de risico’s voor lekkage uit de opslag gering zijn wanneer goede wet- en regelgeving wordt ingevoerd om kwaliteit van opslag te garanderen.”

VEMW CCS position paper

Opzeggen van het lidmaatschap kan alleen per 31 december. Er geldt een opzegtermijn van zes maanden. Zie voor verdere informatie de statuten, artikel 7, lid 4 en onze website.

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

Twitter

Google+

LinkedIn

Contact

Verstuur