JDE bouwt in Joure aan een innovatieve productielijn voor oploskoffie met focus op energiebesparing, hergebruik van warmte en efficiënter watergebruik. Dankzij een integrale aanpak wordt niet alleen het productieproces verduurzaamd, maar profiteert ook de theefabriek van restwarmte. Het project laat zien dat duurzaam denken loont op meerdere fronten.
Duurzaamheidswinst in Joure: Douwe Egberts opent nieuwe productielijn

Voor het eind van het jaar opent Jacobs Douwe Egberts (JDE Peet’s) in Joure een gloednieuwe productielijn voor oploskoffie. In het ontwerp is fors ingezet op duurzaamheid en energiebesparing. “Waar we in 2019 nog 100 eenheden energie per kilo koffie gebruikten, zijn dat er straks nog maar 35. We verwachten bovendien op jaarbasis 1900 ton minder CO2 uit te stoten”, aldus Henk Klijnstra, strategisch programmamanager bij JDE Peet’s.
Henk Klijnstra en Emmeke Spoorenberg (programmaleider materiaal en energie) zijn nauw betrokken bij het nieuwbouwproject. Zij vertellen dat hergebruik van energie en energiebesparing belangrijke thema’s bij JDE Peet’s zijn. Sinds 2020 is al een besparing van 30% gerealiseerd. De nieuwbouw gaf echter de kans om nu ook het productieproces fundamenteel aan te passen. Spoorenberg vertelt: “We kunnen onder meer slimme technieken inzetten om warmte af te vangen en opnieuw te gebruiken. We hebben goed gekeken waar warmtebronnen en warmtevragers zitten en die met elkaar verbonden.”
Eigen R&D-afdeling
Spoorenberg vertelt dat het best een zoektocht is geweest om de slimste oplossingen te vinden. Daarbij heeft het grote JDE Peet’s het voordeel dat zij over een eigen global engineering en R&D-afdeling beschikt en veel kennis in eigen huis heeft. “Het kunnen bemensen van het project is wel lastig; de schaarste op de arbeidsmarkt hebben wij zeker gevoeld.” Een extra uitdaging is dat de nieuwe productielijn in een bestaand fabrieksgebouw komt, dat volop in bedrijf is. “Dat lukt alleen als mensen heel gemotiveerd zijn om het project tot een goed einde te brengen. De breekhamers stonden soms letterlijk naast een koffie-installatie.”

Brede scope
Klijnstra schetst dat de focus voorheen vooral lag op het productieproces. “Energie was daaraan ondergeschikt. In dit project hebben we dat onderwerp veel hoger op de agenda kunnen en mogen zetten. We hebben de tijd gekregen om ons daar veel meer in te verdiepen.” Hij vertelt dat in eerste instantie gekeken is naar de energiebesparingsmogelijkheden van de nieuwe installatie. Maar daar bleef het niet bij. “We hebben daarna gekeken naar de scope van de hele fabriek. Dat heeft geresulteerd in een gasreductie van 600.000 kubieke meter. Dit is gelukt door meer warmte elektrisch te genereren en restwarmte daar in te zetten waar elektrificatie niet mogelijk is.” De koffiekwaliteit bleef daarbij onverminderd belangrijk. “Daar doen we natuurlijk geen concessies aan.”
Interessante bijvangst
Oog hebben voor het grotere geheel bleek soms tot verrassende inzichten te leiden. Eerst is gekeken naar de installatie, vervolgens naar de omgeving en uiteindelijk zelfs naar de hele site. Klijnstra: “Zo ontdekten we dat we de restwarmte van de nieuwe installatie konden gebruiken voor onze theefabriek, 300 meter verderop. Dat was geen doel op zich, maar wel een hele interessante bijvangst.” Ook interessant was de conclusie dat het besparen van water eveneens leidt tot energiebesparing. Spoorenberg legt uit: “Op het moment dat water een energiedrager is, zoals bij ons, bespaar je onmiddellijk op energie als je minder water gebruikt. Hier was waterbesparing het doel en de energiebesparing de bonus.” Zij vindt dat typerend voor duurzaamheidsprojecten. “Je hebt vaak meer winst dan je denkt wanneer je breder, integraler kijkt. En daarmee overtuig je het management ook nog eens gemakkelijker van het belang van je plannen. Een duidelijke win-win.”
Klimaat